13. De dappere nieuwe koning

Het is zes uur 's ochtends.
Het is dus nog heel erg vroeg.
Maar prinses Amalia is al wakker.
Klaarwakker.
Ze rekt zich uit en springt uit bed.

Vandaag is namelijk een heel bijzondere dag.

Het is Koninginnedag.
Ieder jaar met Koninginnedag gaan ze met de hele familie op pad.
Met papa en mama en haar zusjes.
En haar ooms en tantes, en neefjes en nichtjes.
En oma natuurlijk!
Oma is de koningin van Nederland.

Telkens gaan ze weer naar een andere stad.
Het is altijd heel druk.
Er zijn allemaal vrolijke mensen, die oranje kleren aan hebben.
Prinses Amalia en haar zusjes zwaaien altijd naar de mensen.
Ook doen ze mee met leuke spelletjes.

Prinses Amalia heeft er zin in.

Heel veel zin, want vandaag is het een heel speciale Koninginnedag.
Vandaag wordt papa koning!

Haar jurk ligt al klaar.

Die hangt over de stoel.
Het is een mooie jurk met glitters.
Haar zusjes hebben precies dezelfde.

Als ze haar jurk aan heeft, gaat ze naar beneden.

Ook haar zusjes zijn vroeg wakker.
Ze zitten al aan tafel.
Net als haar vader en moeder.
Die zien er ook heel mooi uit.
Dat moet ook wel.
Want vandaag worden ze koning en koningin.

Prinses Amalia drinkt een glas melk en eet een boterham met hagelslag.

Ze moet nog opschieten ook, want ze moeten vroeg weg.
Ze moeten vandaag helemaal naar Amsterdam.
Daar vindt de troonswisseling plaats.
Zo heet dat, heeft moeder haar uitgelegd.

De troon is de stoel van de koning of koningin.

Nu zit oma nog op de troon.
Maar straks is de troon van papa.

Ze gaan met de auto naar Amsterdam.

Daar gaan ze naar het paleis.
In het paleis zullen oma en papa iets op een papier schrijven.
En dan is papa koning.
Maar dat is niet het leukste van vandaag.
Het leukste vindt prinses Amalia dat ze gaan varen.
Met een bootje.
Over de grachten.

Het is zover.

Ze zijn in Amsterdam.
Overal zijn mensen, die naar hen zwaaien.
Prinses Amalia heeft haar neus tegen het raam van de auto gedrukt.
Ze zwaait terug naar alle mensen.

Bij het paleis stopt de auto.

Over de rode loper gaan ze naar binnen.
Nu moeten zij en haar zusjes gaan zitten en stil zijn.
Een meneer vertelt iets.
Papa en oma gaan staan.
En na een tijdje gaan allemaal mensen klappen.
Prinses Amalia klapt ook in haar handen.
Haar moeder fluistert haar toe: “papa is nu koning.”

Ze moeten nog even naar het balkon om naar alle mensen te zwaaien.

En dan is het eindelijk tijd om te gaan varen.
Prinses Amalia zit naast haar moeder in de boot.
Langs de kant staan allemaal mensen in het oranje.
Sommigen staan wel heel dicht bij het water.

Dan ineens hoort prinses Amalia iemand gillen.
“Oh nee, help!”
Het is een moeder, die langs de kant staat.
Haar zoontje is in het water gevallen.

Geschrokken kijkt prinses Amalia naar het jongetje.

Op datzelfde moment springt haar vader in het water.
In zijn mooie pak.
Hij zwemt heel snel naar het jongetje toe.
Hij pakt hem vast en zet hem weer op de kant.
Veilig bij zijn moeder.

Dan zwemt vader weer naar de boot.

Vanaf de kant klinkt luid applaus.
Voor de dappere nieuwe koning.
Prinses Amalia glundert van trots.
Die dappere nieuwe koning is haar papa.